Zaterdag 10 mei 2025,
**Wat moet ik nou van mijzelf geloven als alles ineens zoveel wordt?**
Als ik mijzelf weer eens wispelturig zie worden? Zie forceren?
Wat moet ik geloven als ik het één zeg en dan weer iets anders?
Ben ik dan nog geloofwaardig?
Dit zijn vooral vragen die opkomen als je een muur wilt creëren.
Ook wel als iets dichtbij komt.
Dan is het toch een beetje spannend, of misschien zelfs wel eng, want we willen juist dat die muur doorbroken wordt.
Maar wat maakt het dat je het zo eng vindt?
Waarom vind je het zo eng?
Dit zijn echte NLP-vragen.
Wees zo nieuwsgierig als een kind naar jezelf, werd mij altijd geleerd.
Als ik de oefening heb gedaan met “op iedereen staan”, als een soort familieopstelling, dan voelt het alsof ik eigenlijk machteloos ben.
Het voelt machteloos om toe te kijken naar een oud verhaal.
Het voelt machteloos om aan de andere kant van het scherm te zitten en te lezen hoe ik ergens over denk.
Het voelt bijna alsof ik geen kans heb om te zeggen wat ik vind.
Maar is dat echt zo?
Mijn hoofd dacht dat, en dus reageerde het daarop.
Ik heb vanmorgen zelfstandig regressietherapie toegepast.
Ik weet wat ik doe, maar gelijk komen er dan herinneringen en gedachten opzetten uit die situatie.
Was ik wel eerlijk? Heb ik echt de waarheid gesproken?
Ik kan mij niets voorstellen bij iemand die Daniëlle heet en die liegt.
Maar het is mogelijk.
Het is ook iets wat je hoofd doet om je te beschermen.
Waarom voelt het eigenlijk zo machteloos?
Is het dat wel?
Nee.
Want je hebt altijd een keuze.
Ik moet in mijzelf blijven geloven.
Durf ik naar mijzelf te kijken? Te corrigeren als het moet?
Of is het slechts ondeugd?
Ik durf te kijken naar mijn spiegelbeeld.
Naar een stukje van een achternaam die ik zo graag wil aannemen.
Ik zie eigenlijk iemand die weer wat dunner is geworden. Dunner haar.
Dat valt allemaal wel op te lossen, maar intern?
Wat is daar nou aan de hand?
Ik voel vooral veel geschuif.
Als ik niet het juiste doe, als ik nooit meer op mijzelf ga bouwen en vertrouwen, krijg je dit soort dingen: forceren van verhalen.
Mag het eigenlijk wel? Is het oké of ethisch verantwoord?
Even denk ik aan mijn auto die, zonder dat ik het bewust stuurde, toch naast een vestiging van Ymere in Haarlem geparkeerd stond.
Zonder te weten dat het daar zat.
Het brengt mij ook bij de interpretatie van een heel oud verhaal: de Rollende Keukens.
Daarom is het zo belangrijk om met elkaar in rapport te gaan.
Wat bedoel je er nou precies mee?
Maar Haarlem laat mij dus zeker weten zien dat ik het wél kan.
Anders bracht mijn onderbewuste zich daar ook nooit.
Hoe verklaar je dat?
In mijn eigen ogen is het neurowetenschap. Manifestatie.
Soms doe ik iets omdat ik denk: ik heb er last van, het doet mij pijn, het voelt als onmacht.
Maar het is eigenlijk nooit wat ik zou moeten doen.
Waarom?
Omdat je dan in het verkeerde verhaal zit.
Dan is er kans dat anderen ook weer reageren op mij.
Dan creëer ik een oorlog zonder vrede.
Dat is nooit het plan.
Mijzelf durven aankijken betekent ook dat ik daar iets aan moet doen.
Gewoon mijn best doen om geld te verdienen en haar-, huid- en nagel-tabletten kopen.
Mijzelf onderhouden. Zoals een APK voor een auto.
Ik durf recht in mijn ogen te kijken en te zien dat ik op tijd uit bed wil komen, maar het opnieuw niet lijkt te lukken.
Een droom krijgen en daar zo van schrikken dat ik mij machteloos voel — dát is wanneer ik actie onderneem.
Langzaam maar zeker weet ik dat ik er wel kom, door te trainen.
Door liefdevol tegen mijzelf te zeggen dat verandering in mijzelf, bij mijzelf begint.
Als ik het over een olifant heb, die een klein olifantje uit het water tilt, dan moet ik wel goed nadenken: is dit geen forceren?
Dat is namelijk precies wat het doet — denken dat ik er zoveel aan moet doen omdat ik denk dat het misgaat.
Waarom heeft mijn grootste angst nog zoveel vat op mij?
Ik denk dat ik bang ben dat mensen nog steeds boos op mij zijn.
Dat ik boos op mijzelf ben.
Dat ik mijzelf nooit meer kan vergeven.
Maar is dat echt zo?
Nee. Ik weet beter.
Het lijkt soms een interne strijd die maar doorgaat als die nooit stopt.
Misschien was regressietherapie dan wel de sleutel.
Ik wil geloofwaardig zijn.
Maar als ik mijzelf nooit meer serieus neem — wat dan?
Mogen er grappen gemaakt worden?
Mag ik gewoon over mijzelf een grapje maken dat ik toch wel eens een drama queen ben?
Tuurlijk kan dat.
Het is namelijk mijn interne systeem dat op hol slaat als ik het *te* serieus neem.
Ik heb het zelf ook wel eens gedaan. Nu denk ik: dat is echt een misplaatste grap.
Maar spottend iemand “van 11 hoog gooien”, ook al is het een metafoor voor iemand van het voetstuk halen — dat is nooit zo aardig.
Ik heb het zelf namelijk ook jaren gehad:
“Ik moet je niet.”
“Mag ik jou wel?”
Dat zijn zinnen die ik ook nooit leuk vond om te horen.
Dan moet ik eigenlijk ook beter weten.
Maar mag ik het liefde geven?
Natuurlijk mag dat.
Ik wist gewoon niet heel goed wat nou normaal was.
Alleen voelt het nu weer alsof ik mijzelf verdedig.
Alsof ik mijzelf moet uitleggen.
Is dat wel zo?
Het kan ook een reflectiemoment zijn.
Misschien herkennen mensen zich hier wel in.
Ik zou gewoon eerst met elkaar in goed rapport gaan.
Wat vind jij oké?
Dan pas kom je een stap dichterbij.
Geef de machteloosheid geen gevoel om machteloos te zijn,
maar geef mijzelf de kracht om op te staan en het goede pad te blijven lopen.
Zonder dat ik in paniek raak.
Mocht dat wel het geval zijn, dan kijk ik wat ik voor mijzelf kan doen.
Want afgunst is nergens voor nodig.
Dat is nooit iets wat ik mee wil dragen in mijn hart.
Juist meer compassie en dankbaarheid.